Een paar keer om de zoveel tijd gebeurt het: de blaadjes vallen. Van mijn bureau op de grond. Meestal is dat het signaal dat ik dringend orde op zaken moet stellen. Lees: opruimen. Alsof ik gedurende weken ideeën hamster. Ze noteer in de kantlijn van kranten, op positief gekleurde post-its, achter op de Klap ... Ze stapelen zich op. Hokken samen met boeken die ik geschorst heb van de boekenkast. Al die tijd blijven ze groeien. Schots en scheef, tot de constructie knakt. Ik koortsachtig al het papier met mijn vingers bij elkaar hark. Woorden en zinnen willekeurig aan elkaar vasthang. En ik besef dat ik niet meer weet waar ik het verstopt heb. De tijd om te wortelen. Zodat mijn verhaal en ik volledig kunnen aarden.